Kenmerken, situaties, oorzaken en gevolgen van valse aangiften door minderjarigen bij zedenfeiten

Geplaatst op: 30 november 2018

“Wat zijn de kenmerken, situaties, oorzaken en gevolgen van valse aangiften door minderjarigen bij zedenfeiten ten aanzien van de vermeende dader?”. Deze wordt beantwoord door de verschillende onderdelen van de vraag onder te brengen in verschillende hoofdstukken.

Lees meer >


Scenario Analyse Model ter beoordeling betrouwbaarheid aangiften

Geplaatst op: 30 november 2018

Als er twijfel bestaat over de geloofwaardigheid van een zedenmisdrijf worden vaak deskundigen benaderd om hierover een oordeel te geven. Meestal is dit een psycholoog of orthopedagoog die het dossier grondig bestudeert en een rapport schrijft. De gedachte hierachter is dat een deskundige een uitspraak zou kunnen doen over vraag of het misdrijf echt is gebeurd en aangeefster de waarheid heeft gesproken. Helaas is dat onmogelijk; maar een deskundige kan wel met behulp gedragswetenschappelijke kennis het dossier analyseren. In dit hoofdstuk wordt een analysemodel geïntroduceerd, bestaande uit factoren die van invloed zijn op de ontstaansgeschiedenis van onjuiste beschuldigingen. Met behulp van het model kan op chronologische volgorde worden worden nagegaan of deze factoren zich voordoen. Het analysemodel kan als leidraad fungeren voor iedereen die beroepsmatig te maken heeft met beschuldigingen in zedenzaken.

Lees meer >


Emotie slachtoffer als ondersteunend bewijs

Geplaatst op: 27 november 2018

De emotie van het slachtoffer kan onder omstandigheden wel worden meegenomen als steunbewijs, naast de aangifte, maar dat is niet altijd het geval. Het steeds steeds afhankelijk van de omstandigheden van het geval.

Lees meer >


Whatsappbericht over mogelijke soa levert geen bewijs op van concrete seksuele handelingen

Geplaatst op: 08 oktober 2018

In de uitspraak van de rechtbank ‘in s-Hertogenbosch ging het om de vraag of een whatsappbericht waarin werd gesproken over een soa aandoening als gevolg van mogelijk seksueel contact voldoende bewijs kon opleveren voor ontucht met een minderjarige prostituee. De rechtbank vond van niet en sprak de verdachte vrij;
De rechtbank overwoog als volgt:
“Op 5 januari 2015 heeft verdachte meerdere WhatsApp-berichten gestuurd naar het slachtoffer. Hierin heeft hij aangegeven dat hij bij de dokter is geweest en het slachtoffer zich ook moet laten testen. Verdachte heeft voorts gemeld dat hij zeer waarschijnlijk toch een soa zou hebben. Vervolgens heeft hij het volgende bericht gestuurd: “Wel doen plzzzz! Heb altijd veilig gedaan behalve met jou 1x khoop dat je echt hiermee gaar stoppen te gevaarlijk! (…)”De rechtbank overweegt dat ook al zou uit deze WhatsApp-berichten tussen verdachte en het slachtoffer kunnen worden afgeleid dat er wel degelijk seksueel contact is geweest tussen hen, dan nog kan niet worden vastgesteld dat het op de wijze is gegaan zoals in de tenlastelegging is omschreven, te weten het brengen van de penis van verdachte in de vagina van het slachtoffer.” (Rb Oost-Brabant, 10 juli 2018, ECLI:NL:RBOBR:2018:3311).

Overigens werd ook het zoenen op de mond niet als ontuchtig aangemerkt:
“Op basis van het dossier kan de rechtbank namelijk niet vaststellen dat verdachte met het slachtoffer heeft getongzoend. Verdachte heeft verklaard dat hij het slachtoffer op de mond heeft gezoend. De rechtbank overweegt dat ten aanzien van het zoenen op de mond niet uit het dossier blijkt dat dit als een ontuchtige handeling is aan te merken in de zin van artikel 248b Sr.”

Lees meer >


Ontucht met minderjarige (245 Sr.) bij groepseks

Geplaatst op: 04 oktober 2018

Steeds vaker zien we gevallen waarbij vaak nog kinderen met een andere minderjarige seksuele handelingen verrichten. Vanwege de jeugdige leeftijd van de minderjarige en vanwege het ontbreken van een affectieve relatie wordt die handelingen dan al snel aangemerkt als ontucht in de zin van artikel 245 Sr. Meestal leidt het in die zaken tot een veroordeling tot een werkstraf.

Medeplegen ontucht minderjarige van 14 bij groepseks met leeftijdsgenoten

Gerechtshof Den Haag, 7 juni 2018, ECLI:NL:GHDHA:2018:2022
Op 4 september 2015 hebben verdachte en zijn twee vrienden en aangeefster en haar vriendin, allemaal klasgenoten van elkaar, zich nadat de lessen waren afgelopen, naar een speeltuintje en vervolgens naar de kelderbox van het ouderlijk huis van één van die vrienden begeven. Later is er nog een jongen (niet zijnde een klasgenoot, en onbekend voor aangeefster) bij gekomen. Een aantal van de jongens heeft in elkaars bijzijn achtereenvolgens verregaande seks met aangeefster gehad. De seksuele handelingen bestonden uit diverse vormen van seks (vaginaal, anaal en oraal). Of de seks voor aangeefster vrijwillig is geweest, is onduidelijk gebleven. Verdachte, de andere jongens en aangeefster waren allen zeer jong. Verdachte en de andere jongens hadden geen affectieve relatie met aangeefster.
Het hof acht onder de hiervoor vermelde omstandigheden de sociaal ethische norm geschonden. Met name door de zeer jeugdige leeftijd van aangeefster, de verdachte en van de overige jongens is het hof van oordeel dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan seksuele handelingen die sociaal-ethisch niet algemeen aanvaard zijn en derhalve een ontuchtig karakter hebben. Naar het oordeel van het hof waren verdachte, de andere jongens en aangeefster, gelet op die zeer jeugdige leeftijd, niet of onvoldoende in staat hun seksuele zelfbeschikkingsrecht uit te oefenen. Ook indien aangeefster instemde met de seksuele handelingen, valt zij volledig onder de reikwijdte en de bescherming van artikel 245 van het Wetboek van Strafrecht.Het hof is van oordeel dat sprake is geweest van een nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en zijn medeverdachten en overweegt hiertoe als volgt.
Verdachte, zijn vrienden en aangeefster zijn met elkaar naar de kelderbox gegaan. Later is er nog een jongen bijgekomen. Zij zijn in groepsverband in of bij de kelderbox gebleven en een aantal van de jongens heeft aldaar achtereenvolgens, (deels) in elkaars bijzijn, seks gehad met aangeefster. De feitelijke ontuchtige handelingen zijn door de verdachte en de medeverdachten niet tegelijkertijd gepleegd. Gelet echter op de verwevenheid van die opeenvolgende seksuele handelingen, waaraan de verdachte en diens medeverdachten ieder een substantiële bijdrage hebben geleverd, terwijl de anderen stonden te wachten, is het hof van oordeel dat sprake is geweest van medeplegen. Ook indien geen sprake was van een vooropgezet, gezamenlijk plan komt het hof, gelet op de verwevenheid van de opeenvolgende seksuele handelingen, niet tot een ander oordeel.


Vrijspraak naaktrecreatie buiten door gemeente aangewezen gebied

Geplaatst op: 03 september 2018

In de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 23 januari 2017, ECLI:NL:GHARL:2017:454 werd overwogen dat er geen bewijs was dat de (niet door de gemeenteraad aangewezen) plaats waar verdachte ongekleed recreëerde, daartoe niet geschikt is. De uitspraak van het hof volgt hierna:

Lees meer >


Geen verleiding minderjarige tot ontucht (art. 248a Sr.) ondanks leeftijdsverschil en positie

Geplaatst op: 25 juni 2018

Een (gemeente)raadslid en/of fractievoorzitter/-lid van de CDA zou volgens de tenlastelegging een minderjarige opzettelijk hebben verleid tot ontuchtige handelingen. De beschuldigingen kloppen, maar de rechtbank komt tot een vrijspraak nu niet duidelijk blijkt dat de verdachte aangeefster echt had verleid tot de ontuchtige handelingen (Rechtbank Rotterdam, 2 augustus 2017, ECLI:NL:RBROT:2017:6000).

Lees meer >


Zwaar lichamelijk beperkt en in rolstoel betekent nog niet lichamelijke onmacht

Geplaatst op: 25 maart 2018

Dat iemand zwaar lichamelijk beperkt is en in een rolstoel zit, betekent nog niet dat er sprake is van een toestand van lichamelijke onmacht in de zin van de wet. Het hebben van seks of het verrichten van seksuele handelingen met iemand in een rolstoel zit, is dus niet zonder meer strafbaar. Dit volgt ook uit de uitspraak van de rechtbank Zeeland West-Brabant, van 6 december 2017, NBSTRAF 2018/57.

Lees meer >


Afwezigheid van alle schuld bij ontucht met minderjarige

Geplaatst op: 23 december 2017

Het hebben van seksueel contact met een minderjarige, jonger dan 16, is in beginsel strafbaar. Er gelden echter hierop twee uitzondering:

  1. wanneer het gaat om seksueel contact tussen jongeren, in het kader van een affectieve relatie, waarbij er sprake is van een gering leeftijdsverschil en het met instemming is gebeurd
  2. wanneer de verdachte mocht vertrouwen op misleidende informatie van de ander over de leeftijd

In dat laatste geval kan de verdachte nee beroep doen op feitelijke dwaling hetgeen uiteindelijk afwezigheid van alle schuld oplevert. Dit is een schulduitsluitingsgrond en leidt tot ontslag van alle rechtsvervolging. De verdachte is dan niet strafbaar. In de praktijk blijkt dat dit beroep echter zelden wordt gehonoreerd. 

Lees meer >


Concrete plaats en tijdstip voor ontmoeting en uitoefenen van druk is voldoende voor grooming

Geplaatst op: 16 december 2017

Nu verdachte een concrete plaats en tijdstippen voor het hebben van een ontmoeting met het slachtoffer heeft voorgesteld en het verwezenlijken van deze afspraak heeft getracht af te dwingen door druk op het slachtoffer uit te oefenen, is naar het oordeel van het hof voldaan aan het vereiste van “een voorstel voor een ontmoeting en het verrichten van een handeling gericht op het realiseren van die ontmoeting” vlg Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch, 13 december 2017,ECLI:NL:GHSHE:2017:5514 onder verwijzing naar de uitspraak HR 11 november 2014, ECLI:NL:HR:2014:3140.

Lees meer >


Direct contact met een advocaat?
Meld gratis en vrijblijvend uw zaak aan.
Zaak aanmelden