Filmen in kleedhokje levert geen vervaardigen van kinderporno op

Geplaatst op: 07 oktober 2015

Het filmen in een kleedhokje waar meisjes zich omkleden, kan niet worden aangemerkt als het vervaardigen van kinderporno. Dit volgt o.a. uit een uitspraak van de Rechtbank Noord-Holland, 17 maart 2015, ECLI:NL:RBNHO:2015:2161. Het gaat immers om gedragingen van de meisjes in hun natuurlijke omgeving waarbij niet expliciet wordt ingezoomd op de geslachtsdelen.

Lees meer >


Risico beïnvloeding getuigen door met elkaar te praten.

Geplaatst op: 12 september 2015

Wanneer getuigen met elkaar praten voordat zij door de politie worden gehoord, ontstaat altijd het risico van onbewuste beinvloeding. Getuigen wisselen ervaringen en meningen met elkaar uit waardoor het vaak voorkomt dat andere getuigen beinvloed worden en de ervaringen en meningen van de ander vermengen met hun eigen verhaal. Aldus lijkt het alsof de beide getuigen elkaars verhaal bevestigen, terwijl zij in feite het verhaal van de ander navertellen.

Lees meer >


Eisen dagvaarding/tenlastelegging bij kinderporno

Geplaatst op: 12 september 2015

Uit jurisprudentie van de Hoge Raad over het ten laste leggen van artikel 240b van het Wetboek van Strafrecht (Sr) volgt dat op grond van artikel 261 (Sv) een dagvaarding de opgave dient te behelzen van het feit dat aan de verdachte wordt verweten. De wezenlijke functie van de tenlastelegging brengt mee dat – en de opgave van het feit zal dan ook voldoen aan artikel 261 Sv indien – deze zo duidelijk is dat de verdachte zich naar behoren tegen het strafrechtelijke verwijt kan verdedigen. Aan de opgave van het feit in de tenlastelegging worden kort samengevat drie voorwaarden gesteld:
– het geheel moet in de eerste plaats duidelijk en begrijpelijk zijn,
– in de tweede plaats niet innerlijk tegenstrijdig en
– in de derde plaats voldoende feitelijk.

Uit de genoemde uitspraken vloeit voorts voort dat aan de wetsterm “afbeelding van een seksuele gedraging” in de zin van artikel 240b Sr in dit verband op zichzelf onvoldoende feitelijke betekenis toekomt.
In onder meer zijn arrest van 24 juni 2014 blijkt de Hoge Raad zich rekenschap te geven van de steeds groter wordende collecties kinderpornografie en de daaruit voorvloeiende problemen rondom het ten laste leggen, gelet op de volgende overweging:
“3.7 (…) in verband met de wenselijkheid in gevallen als de onderhavige van begrenzing van enerzijds de omvang van het voorbereidend onderzoek en anderzijds de omvang van het onderzoek ter terechtzitting, (…) [zou] de steller van de tenlastelegging zich bij voorkeur (…) moeten beperken tot het beschrijven van een gering aantal afbeeldingen, zo mogelijk ten hoogste vijf zonder in de tenlastelegging zelf enige aanduiding van of verwijzing op te nemen naar een wellicht grotere hoeveelheid waarvan die afbeeldingen deel uitmaken.”

De Hoge Raad voegt daaraan toe dat het grootschalige karakter van het delict – na bewezenverklaring van de beperkte tenlastelegging – kan doorwerken in de strafoplegging.

Lees meer >


Vrijspraak ondanks bekentenis ontucht

Geplaatst op: 12 september 2015

Zelfs na een bekentenis bestaat er nog kans op vrijspraak. Er kun daarvoor twee verweren worden gevoerd:
1. Er is sprake van een onherstelbaar vormverzuim waardoor (de) verklaring(en) niet voor het bewijs mogen worden gebruikt
2. Twijfel aan de betrouwbaarheid van de bekentenis waardoor deze niet voor het bewijs gebruikt mag worden.

In zaak bij de rechtbank Zeeland West-Brabant, van 3 september 2015, ECLI:NL:RBZWB:2015:5803 gaat het om dit laatste verweer. De verdediging had aangevoerd dat de bekentenis van de verdachte niet betrouwbaar was omdat hij aan het syndroom van Asperger lijdt en daardoor beïnvloedbaar is onder druk. Hij had zijn brieven geschreven en zichzelf op het politiebureau gemeld in een periode waarin hij zwaar onder druk stond; hij was toen al ongeneeslijk ziek, had zijn baan verloren en zijn echtgenote wilde van hem scheiden. De verklaringen en brieven waren daardoor onvoldoende betrouwbaar.

Lees meer >


Aangifte seksueel misbruik uit verleden onvoldoende betrouwbaar

Geplaatst op: 08 september 2015

Hoe meer tijd er zit tussen het moment van seksueel misbruik en het doen van aangifte, des te moeilijker het wordt om de betrouwbaarheid van de verklaringen goed te kunnen beoordelen. Dat zien we in een uitspraak van het gerechtshof ‘s-Hertogenbosch, van 11 juni 2014, ECLI:NL:GHSHE:2014:1747. Het ging om een verdenking van seksueel misbruik van een minderjarig neefje (6) door zijn oom. In 2005 had er een informatief gesprek plaatsgevonden, maar daarop volgde niet direct de aangifte. Pas in 2010 werd aangifte gedaan. Om de betrouwbaarheid te onderzoeken werd de deskundige dr. G. Wolters ingeschakeld.

Lees meer >


Verklaring minderjarige voor het bewijs

Geplaatst op: 08 september 2015

Het doen horen van een slachtoffer-aangever van onder de 12 jaar door de verdediging, wordt vrijwel standaard afgewezen door de rechter. Gelet op de jurisprudentie van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens is dit op zich toegestaan, mits een veroordeling later niet  “solely or to a decisive degree” op de enkele verklaring van het slachtoffer berust.  Belangrijk is dat de verklaring van de verdachte in voldoende mate steun vindt in ander bewijsmateriaal.

Lees meer >


Niet te snel bewijs aannemen in zedenzaken

Geplaatst op: 08 september 2015

Voorkomen moet worden dat rechters in zedenzaken te snel bewijs aannemen voor bepaalde strafbare feiten als ontucht of verkrachting. Het bewijs in zedenzaken is vaak minimaal, juist omdat de feiten zich meestal in de ‘verborgenheid’ voordoen, maar dat wil niet zeggen dat een rechter daarom mag blindvaren op wat een slachtoffer heeft verklaard.

Lees meer >


Bewijswaardering bij niet kunnen horen getuigen in zedenzaak

Geplaatst op: 08 september 2015

Om de verklaring van het (jonge) slachtoffer in de hoedanigheid van getuige op haar betrouwbaarheid te toetsen, heeft de verdachte het ondervragingsrecht. Dit betekent dat het slachtoffer als getuige kan worden gehoord, vaak bij de rechter-commissaris. Soms kan dit ondervragingsrecht hetzij niet worden geëffectueerd, omdat de getuige ergens in een buitenland verkeert en niet meer kan worden getraceerd, hetzij niet met vrucht worden toegepast omdat de getuige al dan niet met een beroep op zijn verschoningsrecht weigert vragen te beantwoorden. Soms echter stuit de verwezenlijking van de ondervragingsmogelijkheid af op belangen die toch nog zwaarwegender zijn dan het ondervragingsrecht zelf. Dat is bijvoorbeeld het geval indien het gezondheids- of welzijnsbelang van jonge slachtoffers van zedendelicten in het geding is. Dan zal ter compensatie naar deugdelijke (zij het indirecte) alternatieven moeten worden gezocht, zoals de benoeming van een deskundige die de betrouwbaarheid van de verklaring van het jeugdige slachtoffer onderzoekt, of het ter terechtzitting afspelen van de videoband die is gemaakt van het afleggen van de belastende verklaring van het slachtoffer tegenover de politie.

Lees meer >


Poging tot grooming strafbaar?

Geplaatst op: 31 juli 2015

Of poging tot grooming nu wel of niet strafbaar is, is nog niet helemaal duidelijk. De jurisprudentie over dit vraagstuk loopt sterk uiteen. We zien veel uitspraken waarbij is bepaald dat grooming in feite al een voorbereidingsdelict is. Poging tot het voorbereiden van grooming kan dannooit strafbaar zijn. Voor een veroordeling voor grooming is het nodig dat er een seksafspraak wordt gemaakt. Anders dan men veelal denkt, is het niet zo dat alleen de daadwerkelijke ontmoeting strafbaar is. Ook het traject daarvoor, maar vereist is minimaal dat er een uitvoeringshandeling is verricht door de verdachte gericht op die ontmoeting.

Lees meer >


Taakstraf voor seks met minderjarige prostituee

Geplaatst op: 31 juli 2015

De Valkenburgse zedenzaak had de volle aandacht van de media. Het OM blies hoog van de toren. Het OM trad agressief op. Tientallen klanten van een 16 jarig slachtoffer van een loverboy moesten een flinke douw krijgen om anderen af te schrikken. Justitie had haar interne richtlijnen in samenspraak met de rapporteur mensenhandel aangescherpt omdat prostitutie van minderjarigen toeneemt en moeilijk te bestrijden is.

Al gauw bleek de Valkenburgse zedenzaak niet geschikt voor deze forse aanpak. De verdachten droegen schuld, waar er daadwerkelijk sprake was van seksueel contact . De wet zegt immers dat de klanten zich moeten vergewissen van de leeftijd van de prostituee. Maar eenduidig is het niet: de verdachten waren misleid door een advertentie op een legale site waar het meisje werd voorgesteld als meerderjarig.

Lees meer >


Direct contact met een advocaat?
Meld gratis en vrijblijvend uw zaak aan.
Zaak aanmelden