Vrijspraak omdat verdachte verklaarde geen seks te hebben gehad met minderjarige prostituee

Wanneer de verdachte ontkent seks te hebben gehad met de minderjarige prostituee, dan is het aan de officier van justitie om dit te bewijzen. Dat kan vaak nog moeilijk zijn. De enkele verklaring van de prostituee dat zij met alle klanten ook seks heeft gehad, is in dat kader onvoldoende (Rb Amsterdam, 14 februari 2017, ECLI:NL:RBAMS:2017:793).

Rechtbank:
“Uit het dossier kan worden opgemaakt dat verdachte op 11 februari 2014 via www.seksjobs.nl heeft gereageerd op een advertentie van de minderjarige [naam] , die zich in de advertentie aanbood als de negentienjarige ‘ [werknaam 1] ’.
Verdachte heeft ter terechtzitting van 31 januari 2017 erkend dat hij de afspraak heeft gemaakt en dat hij naar het afgesproken adres is gereden. Volgens verdachte is het toen echter niet tot seks gekomen omdat het meisje dat hij aantrof opeens een veel hoger bedrag vroeg dan was afgesproken. Ze vertelde hem dat hij om de hoek van het gebouw kon pinnen. Verdachte vertrouwde het naar eigen zeggen niet en is vertrokken.
Volgens de officier van justitie komt de verklaring van verdachte leugenachtig en ongeloofwaardig over. Uit het telefoonverkeer blijkt volgens de officier van justitie dat verdachte bereid was om voor bepaalde handelingen meer te betalen. De verklaring van verdachte dat hij op het afgesproken adres is geweest en is vertrokken zonder seks te hebben gehad heeft verdachte eerst ter terechtzitting afgelegd. Bij de politie kon hij zich niets herinneren. ‘ [werknaam 1] ’ heeft bij de rechter-commissaris verklaard dat zij altijd wel seks had met klanten. De officier van justitie is van mening dat bewezen kan worden dat wel seksuele handelingen, in ieder geval pijpen heeft plaatsgevonden en dat daarmee de ontucht bewezen kan worden verklaard.
Anders dan de officier van justitie en met de verdediging, is de rechtbank van oordeel dat onvoldoende wettig bewijs bestaat voor de ten laste gelegde ontucht. Uit de sms’jes en telefoongesprekken blijkt wel van een afspraak , maar er is geen bewijsmiddel waaruit blijkt dat deze afspraak daadwerkelijk doorgang heeft gevonden, terwijl verdachte het doorgaan van de afspraak ter zitting heeft ontkend. De enkele omstandigheid dat ‘ [werknaam 1] ’ heeft verklaard dat zij (voor zover zij zich herinnerde) altijd wel seks had met klanten maakt dit niet anders, reeds omdat daaruit niet zonder meer volgt dat verdachte daadwerkelijk een klant van haar is geweest. Nu er aldus geen bewijs is voor daadwerkelijk seksueel contact, is de vraag of verdachtes verklaring al dan niet geloofwaardig is, niet meer relevant. Immers kan een gebrek aan geloofwaardigheid bij die stand van zaken niet tot bewezenverklaring leiden.”

< Terug naar Meer informatie "sex met minderjarige prostituee"
Direct contact met een advocaat?
Meld gratis en vrijblijvend uw zaak aan.
Zaak aanmelden